Elk jaar wordt op Paaszaterdag in Zuid Afrika de “Two Oceans Marathon” gehouden. Dat is een ultra marathon van 56 kilometer. Jaarlijks reist een aantal ervaren Nederlandse marathonlopers naar Kaapstad om aan deze zware wedstrijd deel te nemen.
De “Two Rivers Marathon” van Zaltbommel is een wintermarathon, die door de zware omstandigheden voor veel lopers een ideale test is voor de wedstrijd in Zuid Afrika. Het grootste gedeelte van het parcours van deze wedstrijd gaat in de Bommelerwaard over de dijken langs de rivieren Maas en Waal. Op zondag 10 februari 2019 was de vierde editie van deze marathon. Henk van Gerven en Piet van Oirschot van de stichting Loopgroep Bali Runners gingen om 11.00 uur van start voor 42 zware kilometers, want de harde wind had vrij spel op de dijken van de Bommelerwaard.
De beide Bali Runners, die ook lid zijn van Atletiek Oirschot, werden vanaf de eerste kilometers geteisterd door de regen en wind. Desondanks kwamen ze bij het 21 kilometer punt door in mooie tijden, namelijk 1.51.45 (Henk) en 2.00.33 (Piet). In de tweede helft begon het ook steeds meer te regenen en dat maakte deze wedstrijd nog zwaarder. De Bommelerwaard had op deze dag geen genade voor de deelnemers van deze marathon. In de laatste kilometers naar de finish, op de dijk naar Zaltbommel, werden de wind en de regenvlagen stormachtig. De deelnemers moesten hun laatste restje energie aanspreken. Beide Bali Runners zijn echter ervaren marathonlopers en zij lieten zich niet uit het veld slaan door deze extreme omstandigheden. Allebei wisten ze waarvoor ze het deden, want hun passie en drive hebben ze in de afgelopen jaren gevonden in de hulpverlening aan Indonesische kinderen, die een beperking hebben en niet het voorrecht hebben om te kunnen lopen. Dat maakt hun sterk en het geeft hun de energie om moeilijke omstandigheden, zoals vandaag, te overwinnen. De finishtijden, 3.55.14 voor Henk en 4.44.11 voor Piet, waren deze keer niet belangrijk. Ze hadden allebei een prestatie van formaat geleverd en daar mogen ze trots op zijn.
Verslag: Kees Smetsers